Tenerife dag 4

We besluiten vandaag een auto te huren en een rondreis te maken naar het Noorden van het eiland. We beginnen met de hoofdstad Santa Cruz, vervolgens naar La Laguna, daarna Taganana en als laatste de enigst witte stranden van Tenerife op Las Teresitas.

De auto wordt rond 11:30 netjes bij het hotel afgeleverd en we gaan op pad. De hoofdstad Santa Cruz is onze eerste bestemming. Het is een klein uurtje rijden maar als het twee uur is, hebben we alleen nog maar een colaatje gedronken en een paar kledingwinkels gezien. En meer dan kledingwinkels zullen het ook niet worden.

Toen de dames er nog zin in hadden

Toen de dames er nog zin in hadden

Rond 15:30 gaan we wat lunchen en het is rond 16:00 uur als we op weg gaan naar onze tweede bestemming La Laguna. We missen een afslag en komen ergens in onbekend terrein terecht. Een navigatie systeem in de auto hebben we niet en gezien de tijd besluiten we om door te rijden naar onze derde bestemming Taganana. Deze weg gaat dwars door de bergen. Kronkelwegen door een mistige, bergachtige en vochtige omgeving. Het is hier prachtig mooi groen en mooie bossen. Aldaar aangekomen blijkt het een dorpje van niks te zijn. We rijden het dorp in en komen snel in veel te smalle straatjes terecht waar we niet uit dreigen te kunnen komen. We draaien dan ook snel om en rijden door naar onze volgende bestemming. We zijn inmiddels zo’n 8 uur onderweg en hebben eigenlijk alleen maar wat gewinkeld.
Jessie begint al wat groen te kleuren van de reis. Ze houdt echter niet vol en we moeten onderweg stoppen om Jessie tot rust te laten komen. Het braken ligt op de loer en de spanning van de kronkelwegen zoekt zich via haar maagdarmstsel een weg naar buiten om aldaar aangekomen in gasvorm zich te vermengen met de frisse zilte zeelucht die het binnenland probeert te voorzien van verse lucht. Daar steekt Jessie dus een stokje voor.

image

Als ze wat tot rust is gekomen ploeteren we voort op weg naar onze laatste kans. Onze enige mogelijkheid deze dag nog enigszins goed te maken. De druk is enorm om hiervan een succes te maken, maar we gaan er voor.
De weg voor ons blijft kronkelen en smal. De groene kleur van Jessie wordt aangevuld met rode vlekken en het zweet breekt haar uit. De wegen worden smaller en gedeeltelijk onverhard. Het onverharde gedeelte wordt steiler en smaller en op een gegeven moment gaat het zo steil naar beneden dat ik het gevoel krijg dat we blij moeten zijn met onze 900cc Panda niet deze steile weg naar boven te moeten nemen. Gelijkertijd bekruipt mij het gevoel dat zo’n steil gedeelte dus blijkbaar nog wel een keer zou kunnen komen maar dan naar boven toe. Het steile gedeelte eindigt echter, niet omdat het beter wordt maar omdat de weg stopt. Hij gaat niet verder, doodlopend dus. Oeps, nu wordt het spannend. Allereerst wordt het spannend omdat mijn gevoel uitkwam dat we zo’n steil gedeelte voor onze kiezen gaan krijgen. Ten tweede omdat ik nog twee passagiers bij me heb die het allang hebben gehad met mijn wanneby Max Verstappen acties hier in de bergen. Als klap op de vuurpijl krijgen ze als toetje een rolercoaster avontuur in een Panda voorgeschoteld.

Ik keer de Panda op de smalle weg om waarbij Jessie al redelijk van in paniek raakt. Als ik de klim van de vierde catagorie wil gaan inzetten, weigert de Panda en slaat af. Het ding heeft niet het vermogen de klim te maken. Hij doet zijn best, maar het lukt hem niet. De angst is bij Jessie nu volledig ingeslagen. Misselijk van de reis en een angstsyndroom wat ze al langer heeft: “dat auto’s op een hellende weg naar beneden vallen”, komen nu samen op 1200 meter hoogte op het prachtige eiland Tenerife. Ik vraag de dames uit te stappen, waarna passagier Monique zich in het spel gaat mengen: “Waarom nemen wij ook altijd zo’n kleine rot auto als we in de bergen rijden”, refererend aan een gelijksoortig avontuur op Kreta vorig jaar. Omdat dat toen goed afgelopen was, put ik daar vertrouwen uit dat het ook nu goed gaat komen. Mijn glas is altijd halfvol en niet halfleeg.
De dames zijn uitgestapt en ik geef de Panda de volle laag. Wat slippend, hortend en stotend overbrug ik de gevarenzone en breng ik de auto tot stilstand. Met enige trots dat we dit stressmoment weer in een geluksmoment hebben weten om te zetten, wacht ik de komst van de dames af. Jessie heeft zich inmiddels alle kleuren van de regenboog aangemeten en Monique laat mij in niets aan het toeval overlatende woorden weten: “Dat ik nu maar een keer normaal moet gaan rijden”. Het trotse moment slaat om in doodse stilte en we vervolgen onze weg in deze stilte terug waar we vandaan komen.

Een half uur later moet Jessie weer even een momentje voor zichzelf, maar dan buiten de auto. We stoppen langs de weg en het arme kind laat haar emoties gaan en barst in snikken uit. De troostende armen van Monique en een geimproviseerde ontspanningsmassage van mij op haar hoofd, brengen de rust en stabiliteit terug in Jessie’s gestel.

10 minuten later rijden we over de snelweg naar huis. We stoppen onderweg in een leuk plaatsje om lekker te eten en na te praten over deze onvergetelijke reis.

Leer je elkaar kennen op een rondreis: ja
Hebben we het Noorden van het eiland gezien: ja
Hebben we gezien wat we wilde zien: nee
Wat hebben we dan wel echt gezien: kledingwinkels
Was een Panda een verstandige keuze: nee
Had ik het willen missen: nee, sorry dames.

[jetpack_subscription_form title=”Abonneer je op mijn Blog via E-mail”]

 

Aantal keer gelezen :497