Sri Lanka 3

Jeffrey en Kenny hebben een onrustige nacht achter de rug. Toen ze net lagen te slapen springt Kenny met een Ninja Turtle beweging rechtop op het bed om Jeffrey toe te schreeuwen: “Nee!”, gevolgd door wat onduidelijkere kreten. Kenny bleek toch last te hebben van ons slangensyndroom want zijn verklaring achteraf was dat hij het idee had dat er een slang in bed was. Niet rationeel gedacht, maar in een hallucinatie ervaring tijdens zijn slaap…..Vandaag gaan we naar Polonnaruwa, de historische stad staat vol met ruïnes en bezienswaardigheden. De ruïnes zijn het voormalige paleis van de koning. Altijd indrukwekkend te zien hoe er in de 11e tot 13e eeuw zo’n stad uit de grond werd gestampt. Het zijn maar ruïnes maar als je een beetje fantasie hebt, komen de koninklijke baden, schatkamers, badkamers en gebedstempels en onderkomens voor de 25.000 monniken die er leefden tot leven. Het is bloedheet dus enorm vermoeiend om door de hitte door de stenen overblijfselen rond te dwalen.

Onderweg rijden we nog langs een met de hand gegraven meer van vele vierkante kilometers groot die het water tijdens de periode van droogte wordt gebruikt voor irrigatie. Thilak onze gids is trots op het feit dat de Srilankanen specialisten zijn in meren graven, nadat hij de Nederlanders roemt om de kennis die ze naar Sri Lanka hebben gebracht voor het managen van het water en hun bouwkunsten.

Ook onderweg een flinke Indische varaan langs de weg die vele automobilisten tot stilstand dwingen. Het is toch een hagedis van anderhalve meter lang. Later bij de ruïnes komen we nog een klein exemplaar tegen van 40cm lang en veel, veel apen. Duidelijk is ook te zien dat we in het land van de Olifanten zijn als we onderweg een paar vrachtwagens tegenkomen met Olifanten er op.

Onderweg lunchen we nog in een traditioneel Srilankees restaurant waar we ons laten verrassen door smaken en geuren waarvan we het bestaan niet wisten.

De middag is gereserveerd voor een Jeep Safari door een National Parc waar honderden Olifanten verblijven. We gaan met twee Jeeps op weg en na 1 km rijden komen we in een file. Een file van Jeeps, een file van safari Jeeps. Ze zijn op veel plaatsen met de binnenwegen aan het werk en de tientallen Safari Jeeps komen de tientallen vrachtauto’s van de bouwbedrijven tegen. Dat moet allemaal over een binnenweg, dat gaat dus niet. Het is een groot circus van toeterende auto’s, rechts en links inhalende Jeeps en tuk-tuks. Het duurt ruim een uur om een afstand van 1 km te overbruggen. Het staat vast doordat iedereen maar een ding doet: ten koste van alles voorkruipen. Doordat er mensen rechts voorbij gaan wat niet mag, kan het tegemoetkomend verkeer er dus niet langs wat resulteert in opstopping. Een chaos van jewelste en niemand die zich drukt maakt, iedereen blijft lachen, steekt duimpjes omhoog en praat door de ramen met elkaar. In Nederland was dit tafereel geëindigd in een massale knokpartij, hier lacht iedereen en maakt niemand zich druk en uiteindelijk lost het zich toch op, lekker hoor.

Nog een uur later worden we beloond bij het aanzien van tientallen olifanten die aan het grazen zijn langs een meer die de aanwezigheid van evenzoveel Jeeps niet lijken te storen.

[jetpack_subscription_form title=”Abonneer je op mijn Blog via E-mail”]

Aantal keer gelezen :161